Kroketjes, wie lust ze niet. De krokante buitenkant en de filmende warme binnenkant. Een succesfactor. De basis vormt een salpicon, een hele dikke roux waar je van alles aan kan toevoegen.
Dat lijkt vegetarisch, toch zijn de meeste kroketten dat niet. Om ze goed te kunnen vormen als ze koud zijn en weer te laten lopen na frituren, wordt er gelatine gebruikt.
In de kroketten, kan je dat makkelijk vervangen door agar agar. Verder spelen we met de paneerlaag, om daar iets meer smaak in te krijgen en zijn deze kroketjes prachtig oranje van binnen.
De technieken zijn dus binden met agar, binden in de salpicon en paneren.
4. Los de agar agarpoeder op in 0,5 dl van de bouillon en verhit, roer tot een dik papje. Voeg dit papje aan de roux toe en roer door.
5. Voeg de vulling toe: geroosterde pompoenblokjes, stukjes gedroogde tomaat, geitenkaasblokjes, paprikapoeder, nootmuskaat en witte peper. Proef af en voeg eventueel nog zout of peper toe. Laat het geheel afkoelen in de koelkast (afgedekt met plasticfolie).
6. Vorm van het mengsel 10 kroketjes, rol ze in fijn paneermeel, daarna door het losgeroerde eiwit (geen garde gebruiken en geen lucht inkloppen) en dan door het broodkruim-pompoenpitmengsel. Zet in de koeling tot gebruik. Frituur ongeveer 3 minuten in olie van 180°C. Serveer met Libanees brood of Turks brood en de Wortel veganaise
De salpicon wordt nog lekkerder met huisgemaakte bouillon. Kijk bij ons recept bouillons maken.